Bij het verdelen van de sociale huurwoningen in Eemnes mag de lokale brandweercommandant vrijwilligers aanwijzen die voorrang krijgen op de huizenmarkt. De postcommandant in Eemnes verwacht dat de komende drie jaar wel vijf collega's gebruik willen maken van de regeling. Anders raakt hij ze misschien kwijt.
Een alarmering mag voor een brandweervrijwilliger dan extreem hectisch zijn, de rekensom erachter is vrij koel: binnen drie minuten meld je je in de kazerne, want na vier minuten gaat de brandweerwagen rijden. Als de pieper gaat, gaat alles wat je aan het doen was aan de kant, legt brandweercommandant Jetze Ploeg uit. Een baby op je heup geef je over aan je partner, het gazon maai je maar een andere keer verder en dat bakkie koffie met de buren komt een andere keer wel. Elke seconde telt nu.
Als de plicht roept
De brandweer van Eemnes bestaat uit dertig goed gemotiveerde inwoners die in actie komen als de plicht roept. Met name 's nachts zie je goed wat ze er voor over hebben, zegt Ploeg. "De auto rukt uit met zes mensen, ik heb er dan een stuk of twintig om de wagen heen staan. Er zijn er hooguit vijf niet bij, omdat ze toevallig niet beschikbaar zijn. Overdag zijn het vooral de jongeren waar je een beroep op kunt doen. Die volgen 's ochtends college en zitten daarna thuis aan de studie. Of op de kazerne, want het kan hier ook best lekker rustig zijn. Je ziet bijvoorbeeld ook thuiswerkers die hier een plekje zoeken."
Tekst gaat verder onder de foto.
"Brandweermensen helpen graag", zegt Ploeg. "Natuurlijk bij een inzet, maar ze tonen ook lokale betrokkenheid en dat stimuleren we. Brandweervrijwilligers maken zich zichtbaar bij bijvoorbeeld de feestweek en andere evenementen in de Eemnesser gemeenschap. Ze hebben de zin en de wil om zich voor de samenleving in te zetten."
Urgentieverklaring
Van dat slag mensen wil je best commandant zijn, dacht Ploeg toen zijn voorganger Roelof Willemze zijn vertrek aankondigde. Sinds 2 juni is hij de nieuwe aanvoerder van de brandweer in Eemnes. Een telefoontje van het gemeentehuis werd een van de eerste uitdagingen die hij aanging. Een medewerker meldde dat vier brandweermensen hadden geïnformeerd naar de mogelijkheden van een urgentieverklaring voor een huurhuis in de gemeente. Vier mensen die heel graag een huis willen, en toen Ploeg het navroeg in zijn korps kwam hij zelfs op vijf.
"De zorg om onze bezetting op peil te houden is permanent"
Dat ook brandweermensen met de woningnood te maken krijgen is niet vreemd, maar het brengt wel een extra probleem met zich mee, schetst Ploeg. "Het afgelopen half jaar zijn twee van onze jongens in Huizen gaan wonen. Die zijn we kwijt, en ik doe er 2,5 jaar over om nieuwe mensen op te leiden tot volwaardige manschappen. Bovendien zetten we andere mensen van het korps in om ze daarbij te begeleiden, dus het is een forse investering van tijd, energie en middelen."
Vrijwilligers vinden en vasthouden
Een vraag die in heel Nederland speelt, en dus ook in Eemnes, is hoe je vrijwilligers vindt en vasthoudt. "De zorg om onze bezetting op peil te houden is permanent", zegt Ploeg. "Eemnes mag zich gelukkig prijzen dat er de laatste jaren veel influx is geweest van jonge mensen die hier zijn opgegroeid. Dat is ooit weleens anders geweest. Maar je ziet bij jonge vrijwilligers wel dat ze in die fase van hun leven maar moeilijk in Eemnes kunnen wortelen."
Ook de gemeente ziet de noodzaak om het brandweerpeloton zo vol mogelijk te houden. Zoiets gaat de veiligheid in Eemnes natuurlijk direct aan. In de huisvestingsverordening wordt opgenomen dat de brandweer vrijwilligers mag aanwijzen die een urgentieverklaring kunnen krijgen. Ze moeten wel minimaal twee jaar actief bij de brandweerpost zijn en de opleiding hebben afgerond. Van commandant Ploeg wordt dan verwacht dat hij de aanvraag ondersteunt en daarbij aangeeft dat de urgentie echt nodig is voor de bezetting van het korps.
Geen wondermiddel
Ploeg is er blij mee en kwam dat een paar weken geleden met een aantal jonge brandweerlieden persoonlijk in de raadszaal vertellen. Iemand van begin twintig die zich bij de brandweer meldt wil vier jaar later toch ook weleens eens uit huis, illustreert hij. "En ik wil hem het liefst op maximaal drie minuten van de kazerne houden. Een urgentieverklaring is dan geen wondermiddel, maar wel een instrument. Ik teken er dus graag voor, want dan heb ik zo'n brandweervrijwilliger weer tien jaar langer bij het korps."
Lees ook
-
Muider brandweer kan steeds vaker niet uitrukken door groot tekort aan vrijwilligers
Woensdag 09 juni 2021 om 14:58
Geen limiet
De gemeenteraad van Eemnes besloot gisteravond dat er geen limiet geldt voor het aantal urgentieverklaringen dat de brandweer kan aanvragen. Aanvankelijk zou dat er één zijn, maar de brandweer heeft een dusdanige achterstand dat één per jaar eigenlijk te weinig is. Daarnaast waren er sowieso vragen over de limiet van één per jaar, omdat het de brandweercommandant voor moeilijke keuzes zou stellen.
Toch klonk er ook tegenstand tegen het wegnemen van de limiet: Eemnes geeft al veel urgentieverklaringen af, waardoor ze steeds minder een functie hebben. De vraag wordt ook daar immers groot. De stad zou er beter aan doen om te gaan bouwen. Ook werd er geopperd om een dienstwoning naast de brandweerkazerne te bouwen, waar de gemeente ook naar gaat kijken.
Vrij belangeloos
De brandweervrijwilligers van Eemnes zijn het waard, vindt postcommandant Ploeg. "Dit zijn Eemnessers, en ze zetten zich vrij belangeloos in voor de samenleving. Daar krijgen ze een behoorlijke wissel voor terug. Het hele huis is wakker als 's nachts de pieper gaat. Dat zie je niet bij andere beroepsgroepen. Een politieagent weet vooraf hoe laat zijn of haar dienst begint, een docent wordt om 8.30 uur voor een volle klas verwacht."
Overigens wordt intussen ook reikhalzend uitgekeken naar de nieuwe Huisvestingswet, waar in Den Haag aan wordt gewerkt. De wetswijziging, die over een half jaar wordt verwacht, zou gemeenten meer mogelijkheden moeten geven om eigen inwoners voorrang te geven op woningzoekers van buiten. Ook de ruimte om woningen toe te wijzen aan mensen met een zogenoemd cruciaal beroep wordt daarin geregeld.